Hendrik Meesman studeerde economie aan de London School of Economics en werkte bij Goldman Sachs, MeesPierson en Robeco. Hij is auteur van het boek Zo bouwt u een vermogen op en richtte in 2005 Meesman Indexbeleggen op. “Ik ben groot voorstander van de uitdrukking ‘Pay yourself first’. Wanneer je salaris binnenkomt, leg dan eerst wat opzij voor later, voordat je alles nu uitgeeft.”
Wat is indexbeleggen eigenlijk?
“Strikt genomen betekent indexbeleggen dat je een index volgt. Er zijn meer dan drie miljoen indexen in de wereld. Elk land, elke regio, sector, noem maar op, heeft een of meerdere indexen. Een voorbeeld is de AEX, de index met de grootste Amsterdamse beursgenoteerde bedrijven. Bij Meesman verstaan we iets anders onder indexbeleggen, namelijk passief en wereldwijd gespreid beleggen. Dit houdt in dat je niet in één of een paar landen, regio’s of sectoren belegt, maar in ze allemaal. Het heet passief beleggen omdat je geen keuzes maakt. Je kunt simpelweg niet weten welk aandeel het beste gaat presteren - je kunt immers de toekomst niet voorspellen - dus koop je van alles een beetje. Je gaat niet voor de speld in de hooiberg, maar voor de hele hooiberg.”
Beleg je dan echt in alle aandelen ter wereld?
“Niet in allemaal, maar wel in heel veel. Er zijn ongeveer 20.000 beursgenoteerde aandelen waarin je kunt beleggen. Als je bij Meesman wereldwijd gespreid belegt, stop je je geld in 6.500 van die aandelen. Dat klinkt als een klein deel van het geheel, maar daarmee heb je ongeveer 98 procent van de beurswaarde wereldwijd gedekt.”
Wat is het voordeel van wereldwijd gespreid beleggen?
“Een heel groot voordeel is dat je op die manier je risico zoveel mogelijk beperkt. Als één van de 6.500 bedrijven failliet gaat, merk je daar bijna niets van. Maar beleg je in 10 aandelen, en er valt er eentje weg, dan heeft dat een veel grotere negatieve impact. Een andere, heel belangrijke reden is dat wereldwijd gespreid beleggen resulteert in meer rendement. Dat komt doordat kleine bedrijven en opkomende landen meer opleveren dan grote bedrijven en ontwikkelde landen, waar vaak voornamelijk in wordt belegd. Wereldwijd gespreid beleggen geeft kortom de beste balans tussen rendement en risico.”
En al die mensen die actief beleggen?
“Het is wetenschappelijk bewezen dat de overgrote meerderheid van hen de index niet verslaat. Ze doen het dus niet beter dan degenen die wereldwijd gespreid beleggen. En van het kleine deel actieve beleggers dat het wel beter doet, valt niet te voorspellen dat zij het beter gaan doen. Het is puur geluk, en dat is op de lange termijn niet vol te houden. De achterliggende reden daarvoor is dat beurskoersen niet te voorspellen zijn. En dat heeft weer te maken met de efficiënte markttheorie. Die houdt in dat de financiële markten heel efficiënt zijn: als er nieuwe informatie over een bedrijf is, bijvoorbeeld hoeveel winst een bedrijf heeft gemaakt, of informatie over een bepaald schandaal, dan zit die informatie vrijwel meteen verwerkt in de koers. Hierdoor kun je als belegger geen voorsprong hebben als je bepaalde informatie hebt, en kun je het dus niet op de lange termijn beter doen dan het marktgemiddelde. Wie slim is, belegt wereldwijd gespreid.”
Is het ook slim om je geld gespreid in te leggen?
“In principe is het verstandig om geld dat je beschikbaar hebt om te beleggen, ook direct te beleggen. Je weet immers niet of de koersen gaan stijgen of dalen, en daar kun je dus ook niet op inspelen. Maar, als je niet het risico wil lopen dat achteraf blijkt dat je op een ongunstig moment geld hebt ingelegd - en je hier wellicht spijt van krijgt - dan kan gespreid inleggen een goed idee zijn. Het hangt er dus vanaf hoe iemand met risico omgaat. Ik beleg zelf altijd m’n beschikbare geld direct, maar dat betekent niet dat dat voor iedereen de beste keuze is. Ik heb bijvoorbeeld een keer een huis verkocht, dat geld ging linea recta naar m’n beleggingsrekening. En daarnaast leg ik maandelijks een vast bedrag in. Dat doe ik al heel erg lang.”
Is het voor iedereen een goed idee om passief, wereldwijd gespreid te beleggen?
“Iedereen die eerst een spaarbuffertje heeft opgebouwd voor onverwachte dingen op de korte termijn, en die daarnaast geld overhoudt om mee te beleggen zou ik dat zeker aanraden. Het is wel belangrijk dat je geduld hebt: je moet je geld voor de lange termijn kunnen missen. Denk aan zeker tien tot twintig jaar. Die tijd heb je nodig om wat geld op te bouwen, en om schommelingen op de beurs uit te zitten. Want soms maak je een diep dal mee, zoals toen met de kredietcrisis in 2008. Dat is even slikken, en je moet dan vooral niet in paniek raken, maar je beleggingen de tijd geven om zich te herstellen. Want dat gebeurt op de lange termijn altijd weer.”
Toch beleggen veel mensen niet omdat ze het eng vinden.
“Dat klopt, die pieken en dalen op de beurs, daar komt veel emotie bij kijken. En dan vooral bij die dalen; mensen houden niet van risico en van verlies, zeker niet als het om geld gaat. Daarom zijn veel mensen heel voorzichtig. Dat is begrijpelijk, maar vooral heel erg zonde, omdat beleggen je zoveel kan opleveren.”
Wat raad je mensen aan die niet heel veel geld hebben, maar er wel slim mee om willen gaan?
“Om zo vroeg mogelijk te beginnen met maandelijks wereldwijd gespreid beleggen. Je hoeft geen duizenden euro’s te hebben om te beginnen. Leg bijvoorbeeld elke maand honderd euro in, en houd dat vol voor de komende decennia. Maar ik begrijp het ook goed als iemand het leuk vindt om zelf aandelen uit te kiezen. Ik heb dat in mijn jongere jaren ook gedaan, belegd met wat je ‘speelgeld’ zou kunnen noemen. Dat zelf kopen van individuele aandelen was nogal een disaster. Zo heb ik aan den lijve ondervonden dat actief beleggen geen gedegen strategie is voor de lange termijn. Ik kan mensen dat vertellen, maar soms werkt het beter als iemand het zelf ervaart.”
Waarom is het zo belangrijk om maandelijks in te leggen?
“Ik ben groot voorstander van de Amerikaanse uitdrukking ‘Pay yourself first’. Wanneer je salaris binnenkomt, leg dan eerst wat opzij voor later, voordat je alles nu uitgeeft. Maak die 100 of 200 euro over naar een beleggingsfonds, doe het meteen, want anders heb je je geld al uitgegeven. Je koopt er misschien een kledingstuk minder door, of gaat er een keer minder van uit eten. Maar verder merk je het niet. En later maakt het zo’n enorm verschil. Mensen zitten nou eenmaal zo in elkaar dat ze het moeilijk vinden om iedere keer weer geld opzij te zetten. Daarom ben ik ook zo’n groot fan van Flow. Flow helpt mensen om hun financiën op orde te krijgen door ze structuur en discipline te bieden. Je stelt één keer in de app in hoeveel geld naar welke potjes moet, en vervolgens regelt Flow dit keer op keer, iedere maand weer. Dat vind ik geweldig.”