Loop geen onnodig risico, lees de essentiële beleggersinformatie.

Je wilt beginnen met beleggen, of misschien denk je er alleen voorzichtig over na. In beide gevallen is het belangrijk om te weten dat beleggen alleen een goed idee is als je:

  • Meer rendement wil halen dan op je spaarrekening (waar je geld op den duur minder waard wordt), en weet dat je daarvoor wel bereid moet zijn om (wat) risico te nemen;
  • Geduld hebt. Dit betekent dat je mindere tijden op de beurs kunt uitzitten, totdat er betere aanbreken. Beleggen doe je voor de lange termijn, niet om snel een klapper te maken (tenzij je wil day-traden: beleggingen kopen en verkopen op dezelfde dag, en zo proberen te profiteren van koersverschillen);
  • Eerst een buffertje hebt opgebouwd. Je belegt alleen met geld dat je écht kunt missen. Dat is dus geld dat je de komende pak ‘m beet 15 jaar niet nodig hebt, bijvoorbeeld als je cv-ketel het begeeft of je een huis wil kopen.

Maar hoe weet je hoeveel geld je over hebt om mee te beleggen? Met Flow krijg je een heel duidelijk overzicht van hoeveel geld er binnenkomt, en waar je het aan uitgeeft. Flow verdeelt je geld namelijk automatisch over al je budgetten, spaarrekeningen en bijvoorbeeld ook je beleggingsrekening. In de Flow app stel je al deze verschillende ‘potjes’ één keer in, en vervolgens weet je precies waar al je geld heen gaat en - minstens zo belangrijk - hoeveel er over blijft.

En dan heb je geld over. Waar ga je het vervolgens ‘instoppen’, om er meer van te maken? Er zijn een heleboel opties, waarvan we een aantal hier bespreken.

Crypto’s

Crypto’s of cryptocurrency is digitaal geld, dat in vrijwel alle landen niet als officiële valuta wordt gezien, zoals de euro. Bekende voorbeelden van crypto’s zijn Bitcoin en Ethereum. Een voordeel van crypto’s is dat je ermee kunt betalen zonder tussenkomst van een derde partij, zoals een bank. Veel crypto’s werken namelijk met blockchain-technologie, een techniek waarmee gebruikers digitale transacties gezamenlijk kunnen bijhouden, zonder dat er dus een bank aan te pas komt. Nog een voordeel is dat blockchain een techniek is die moeilijk te hacken valt.

Maar, de koers van crypto’s hangt volledig af van vraag en aanbod. Nou is dat met beleggen in een aandeel ook zo, maar er is één groot verschil. Koop je een aandeel, dan ben je een mini-beetje eigenaar van een bedrijf. En een bedrijf heeft een bepaalde waarde. Maar digitaal geld heeft geen achterliggende waarde. Daarom wordt bij crypto’s vaak niet gesproken van beleggen, maar van speculeren. De koersen van crypto’s kunnen sterk fluctueren, wat het erg risicovol maakt om je geld erin te stoppen. Ook is er geen consumentenbescherming op crypto’s, waardoor deze digitale munten kwetsbaar zijn voor crimineel misbruik.

Goud

Je kunt niet alleen sieraden laten maken van goud, je kunt ook beleggen in dit edelmetaal. Een voordeel van beleggen in goud is dat het enigszins waardevast is. Dat komt doordat de goudvoorraad relatief stabiel is gebleven over de afgelopen jaren. Bovendien kan goud niet omvallen, zoals een munt (valuta) dat bijvoorbeeld wel kan.

Goud wordt veelal gezien als veilige belegging, maar dat is niet altijd zo. Wanneer het goed gaat met de economie, wordt goud een minder interessante belegging. Als gevolg daalt de goudprijs. Zo stabiel is de waarde van goud dus ook weer niet. Bovendien biedt een belegging in goud je geen extraatje, zoals rente of dividend. Dat is bij andere beleggingen, zoals aandelen  wel het geval.

Aandelen

Een aandeel is een heel klein stukje van een bedrijf. Gaan de zaken goed, dan wordt het bedrijf (en dus jouw aandeel) meer waard. Gaat het niet zo goed, of gaat het bedrijf zelfs failliet, dan is jouw aandeel een stuk minder of niets meer waard.

Of de zaken goed gaan, hangt niet alleen af van of het bedrijf financieel gezond is, maar ook of mensen (beleggers) vertrouwen hebben in het bedrijf. Is dat het geval, dan stijgt de waarde van een aandeel. Hebben beleggers niet zoveel vertrouwen, dan daalt de waarde van een aandeel. Hierdoor kunnen aandelen erg in waarde schommelen. Sommige bedrijven keren dividend uit: een deel van de winst wordt dan uitgekeerd aan de aandeelhouders.

Obligaties

Een obligatie is een lening aan een land of bedrijf. Koop je een obligatie, dan verschaf jij dus een (deel van een) lening aan een land of bedrijf. Obligaties zijn over het algemeen stabieler dan aandelen, ze schommelen minder in waarde. Dit komt doordat een bedrijf altijd eerst zijn obligatiehouders moet betalen, en pas daarna de aandeelhouders. Doordat het risico van obligaties meestal kleiner is dan van aandelen, leveren obligaties gemiddeld gezien minder op dan aandelen.

Toch gaat beleggen in obligaties ook niet zonder risico. Het bedrijf of land dat de lening uitgeeft kan failliet gaan. En er zijn gradaties in obligaties: een veilige obligatie is bijvoorbeeld een obligatie van de Duitse staat. Maar koop je een obligatie van bijvoorbeeld Griekenland, dat een torenhoge staatsschuld heeft, dan is dat lang niet zo veilig.

Veel beleggers stoppen hun geld deels in aandelen, die wat meer opleveren, en deels in obligaties, die wat meer stabiliteit geven. Ook is het slim om niet te beleggen in aandelen en obligaties van één of maar een paar bedrijven, of overheden, maar om je geld te spreiden over een boel aandelen of obligaties. Gaat het niet zo goed met een, of een paar van je beleggingen, dan trek je dat recht met de aandelen en obligaties die het wél goed doen.

Actief beleggen

Als je actief belegt, bepaal je helemaal zelf waar je je geld in stopt. Of je laat iemand anders, een expert, namens jou beleggen. Je kunt dus zelf kiezen waar je in belegt, bijvoorbeeld in aandelen van Shell, Netflix of Tesla. Het nadeel hiervan is dat je er veel tijd mee kwijt bent. Je moet je immers goed inlezen voordat je je geld in een bedrijf stopt. Een bedrijf kiezen op onderbuikgevoel levert bijna nooit een succesvolle belegging op. Maar een bedrijf kiezen met financiële kennis (bijvoorbeeld door het FD te lezen en de beurskoersen in de gaten te houden), levert ook lang niet altijd het gewenste effect op.

Dat zit zo: actieve beleggers proberen een beter rendement te halen dan passieve beleggers, die voor het marktgemiddelde gaan. Dit proberen actieve beleggers door de beste aandelen uit te kiezen, en door op het juiste moment in- of uit te stappen. Om dit keer op keer succesvol te kunnen doen, moet je eigenlijk de beurs kunnen voorspellen. Maar de beurs laat zich niet voorspellen. Want wat blijkt? Vijftig jaar aan onafhankelijk onderzoek laat zien dat passief beleggen gemiddeld gezien meer rendement oplevert dan actief beleggen.

Passief beleggen

Passief beleggen kan je eigenlijk alleen doen met een wereldwijd gespreid marktgewogen indexfonds. Het idee is: geen keuzes maken en beleggen in alle aandelen wereldwijd. Niet proberen de ‘beste’ aandelen, regio’s, sectoren of iets dergelijks te selecteren. Niet proberen om het ‘goede’ moment van in- en uitstappen te timen. Gewoon rustig blijven zitten (in goede en in slechte tijden) en niet meer naar omkijken.

Bij Flow werken we samen met Meesman Indexbeleggen, zij hebben zo’n wereldwijd gespreid marketgewogen indexfonds: Aandelen Wereldwijd Totaal. Met dit fonds beleg je in één keer in meer dan 6.000 bedrijven. Doordat je in zoveel bedrijven belegt, beperk je jouw risico. Om je risico nog verder te spreiden, kun je bij Meesman ook beleggen in 2 obligatiefondsen. Deze bestaan volledig uit 151 en 842 ‘veilige’ obligaties.

Beginnen met indexbeleggen

Wil je meer weten over indexbeleggen? Bij Meesman weten ze er alles over. In 2005 was Meesman de eerste die indexbeleggen in Nederland introduceerde. Sindsdien is indexbeleggen steeds populairder geworden. En dat is niet zomaar. Hier lees je er meer over.